Het kabinet maakt water en bodem sturend bij beslissingen over de inrichting van ons land. Wat bouwlocaties betreft wil men niet meer bouwen op plaatsen die nodig kunnen zijn voor het bergen en afvoeren van water, zoals in de diepste delen van diepe polders en in de uiterwaarden van rivieren.
Ons inziens is de Gnephoek (op sommige plaatsen 4m onder zeeniveau) zo’n diepe polder.
Verder komen er afspraken om de bodem minder te bedekken, denk bijvoorbeeld aan minder stenen. Zo kan beter worden omgegaan met hitte en wateroverlast. Op verschillende plekken wordt het grondwaterpeil verhoogd. Een hoger grondwaterpeil zorgt voor voldoende water als het een tijd niet regent, remt de daling van veenbodems en vermindert de uitstoot van broeikasgassen. Een hoger grondwaterpeil betekent ook een zachtere bodem.
Volgens het bericht van Minister Harbers en staatssecretaris Heijnen van Infrastructuur en Waterstaat kunnen de provincies op basis van deze uitgangspunten samen met alle betrokken partijen bekijken in welk tempo welk doel kan worden bereikt. Zo hoort het het ook volgens MHHNH. Echter dit staat haaks op de handelwijze van collega-minister De Jonge als het om de Gnephoek gaat, waarbij de provincie in de praktijk vrijwel wordt gepasseerd. Wie weet betekent deze bekendmaking een ommekeer.